Algebra 2 > Breuken met variabelen
12345Breuken met variabelen

Verkennen

Opgave V1

Reken met de breuken `3/5` en `2/7` .

a

Bereken de som van beide breuken.

b

Bereken het verschil van `3/5` en `2/7` .

c

Hoeveel is het product van beide breuken?

d

Bereken het quotiënt van beide breuken, deel de grootste door de kleinste.

e

Kun je de voorgaande berekeningen ook uitvoeren met de breuken `3/a` en `2/b` ?

Opgave V2

Voor de stroomsterkte `I_(totaal)` in nevenstaande schakeling geldt:

`I_(totaal) = I_1 + I_2 = U/(R_1 + R_2)`

Hier is:

  • `U` de spanning over `R_1` en `R_2` in V

  • `I` de stroomsterkte in A

  • `R` de weerstand in `Omega`

a

Als `U = 5` Volt, wat wordt dan de formule voor de totale stroomsterkte?

b

Schrijf het antwoord van a als één breuk (indien nog niet is gebeurd).

verder | terug