Je rijdt van Rotterdam naar Deventer en weer terug via dezelfde route.
De afgelegde afstand is `145` km.
Je gemiddelde snelheid op de heenreis is anders dan die op de terugreis.
Hoe bereken je de gemiddelde snelheid over de hele reis?
Je wilt het hierboven geschetste probleem oplossen.
Probeer eerst zelf een oplossing te vinden.
Als je niet zelf een rekenmethode hebt kunnen vinden, probeer dan met behulp van de volgende opdrachten er uit te komen.
Kies voor de gemiddelde snelheid op de heenreis
`v_1`
.
Hoe lang doe je dan over de heenreis?
Hoe lang doe je over de totale reis heen en terug? Herleid je formule tot één breuk.
Je weet nu hoe lang je over de
`290`
km heen en terug doet.
Bereken hieruit de gemiddelde snelheid. (Stel er een formule voor op.)
Controleer je antwoord door de gemiddelde snelheid te berekenen als de gemiddelde snelheid op de heenreis `90` km/uur was en die op de terugreis `70` km/uur.
De dichtheid
`rho`
van een stof is de massa van die stof per volume-eenheid. De dichtheid wordt vaak
uitgedrukt in kg/m3. Bij het maken van een stof zijn twee dingen erg belangrijk: de hoeveelheid die je
wilt maken en de samenstelling van het gemaakte product. Door het meten van de dichtheid
van het mengsel weet je of de samenstelling goed is. De dichtheid van het mengsel
is dus een maat voor de kwaliteit. Dichtheid is een stofconstante.
In formulevorm:
`rho = m/V`
Hierin is:
Met deze formule bereken je de dichtheid van een stof als je de massa en het volume weet.
Als je twee stoffen mengt en je weet de massa en het volume van het mengsel, dan is
het mogelijk om de dichtheid van het mengsel te berekenen. Dan deel je de totale massa
door het totale volume.
In formulevorm:
`rho_(text(mengsel)) = (m_(text(totaal)))/(V_(text(totaal)))`
Hierin is:
Jan mengt
`2`
liter water met
`3`
liter olie.
De dichtheid van water is
`1000`
kg/m3 en de dichtheid van de gebruikte olie is
`900`
kg/m3. Er vindt geen chemische reactie plaats.
Zal de dichtheid van het mengsel hoger of lager zijn dan `950` kg/m3? Leg uit.
Bereken de totale massa van het water en de olie die Jan gebruikt heeft.
Bereken de dichtheid van het mengsel.
Olga werkt ook op het lab en is een gewaardeerde collega van Jan. Zij heeft ook `2` liter water gemengd met dezelfde olie die Jan gebruikt heeft. Olga heeft behoorlijk wat olie toegevoegd, haar mengsel heeft een dichtheid van `925` kg/m3.
Hoeveel liter olie heeft Olga aan het water toegevoegd?