Beschrijvende statistiek > Centrummaten
123456Centrummaten

Toepassen

Boxplots zijn goed te gebruiken om datasets te vergelijken.

Je kunt een dataset met de lengte van meisjes en jongens in groepen van `25` % verdelen, dus vier kwarten met evenveel data. Deze groepen hebben de volgende vijf grenzen: het minimum, het eerste kwartiel, de mediaan, het derde kwartiel en het maximum. Deze boxplots maken dat goed zichtbaar. De beide middelste kwarten vormen de box.

Er bestaan vuistregels voor het vergelijken van twee boxplots:

  • als de boxen elkaar niet overlappen, dan zeg je "het verschil is groot" ,

  • als de boxen elkaar wel overlappen en een mediaan van een boxplot buiten de box van de andere boxplot ligt, dan zeg je "het verschil is middelmatig" , en

  • in alle andere gevallen zeg je "het verschil is gering" .

Hoe zit het met deze twee boxplots?

Opgave A1

Bekijk de boxplots in Toepassen .

a

Hoeveel procent van de meisjes is langer dan `165` cm?

b

Hoeveel procent van de meisjes is langer dan het derde kwartiel? En hoeveel procent heeft een lengte tussen de mediaan en het derde kwartiel?

c

Waaraan kun je zien dat meer dan `75` % van de meisjes kleiner is dan de langste van de `25` % kleinste jongens?

d

Kun je zeggen dat de jongens in deze populatie duidelijk langer zijn dan de meisjes?

Opgave A2

Bekijk de boxplots van het aantal geboortes in ziekenhuizen per dag voor de verschillende dagen van de week.

a

Als je het aantal bevallingen op woensdag en op donderdag met elkaar vergelijkt, welke conclusie kun je dan trekken?

b

Bedenk een verklaring voor het verschil in geboortes tussen de zondag en de maandag.

c

Hoeveel procent van de zondagen zijn er minder dan vierhonderd geboortes in ziekenhuizen?

d

Benader het gemiddelde aantal bevallingen op donderdagen.

verder | terug