Beschrijvende statistiek > Spreidingsmaten
123456Spreidingsmaten

Verkennen

Opgave V1

In een laboratorium wordt de hoeveelheid eiwit in eiersalade gemeten. Van een bepaalde fabrikant worden `20` kuipjes eiersalade onderzocht. Er gaan drie laboranten mee aan het werk. Van dezelfde `20` kuipjes meten ze onafhankelijk van elkaar het eiwitgehalte. Je ziet hiernaast de resultaten.

a

De spreidingsbreedte is het verschil tussen de hoogst en de laagst gemeten waarden.
Bepaal de spreidingsbreedte bij elk van de drie laboranten.

b

Welke van de drie laboranten is het minst precies?

Je kunt de resultaten van deze laboranten ook samenvatten in boxplots. Daartoe zet je de data op volgorde van klein naar groot en je verdeelt ze in vier stukken met evenveel gegevens. De box is het gebied tussen het eerste kwartiel `Q_1` en het derde kwartiel `Q_3` . De lengte van de box heet de interkwartielafstand `IQR` ( "Inter Quartile Range" ).

c

Bepaal de `IQR` bij elk van de drie laboranten.

d

Zeggen getallen zoals spreidingsbreedte en interkwartielafstand iets over de precisie of over de juistheid van de metingen?

verder | terug