Behzad woont nogal ver van school, maar gelukkig vlakbij een bushalte. Hij gaat daarom af en toe met de bus, hij gebruikt zijn OV-chipkaart. Hij zoekt op dat je voor een ritje met de bus een vast tarief van
€
1,00 betaalt plus een bedrag per kilometer. Dat laatste bedrag verschilt per busonderneming, maar is vaak zo'n
€
0,17 per kilometer.
Hoe kan hij aan zijn klasgenoten die ook met de bus willen uitleggen hoe je de reiskosten zelf kunt berekenen?
Je leert in dit onderwerp:
een formule bij een verband opstellen;
bij een gegeven invoerwaarde de waarde van de afhankelijke variabele berekenen met behulp van een formule.
Voorkennis:
het kunnen onderscheiden van de afhankelijke en de onafhankelijke variabele;
een verband in woorden kunnen beschrijven met de informatie uit een tabel of een grafiek;
een verband in woorden kunnen beschrijven.