Kijkmeetkunde > Vergroten/verkleinen
123456Vergroten/verkleinen

Voorbeeld 1

Hier zie je een model van een houten kist op schaal `1 : 10` .
Van de werkelijke kist zijn alle afmetingen dus `10` keer zo groot.
Van dit schaalmodel is de oppervlakte `424,32`  cm2.
Hoe zit het nu met de oppervlakte van de werkelijke kist?

> antwoord

De vergrotingsfactor is `10` .
De oppervlakte is daarom `10xx10 = 100` keer zo groot.
De oppervlakte van de werkelijke kist is dus `424,32 * 100 = 42432` cm2.

Opgave 3

Bekijk het schaalmodel van een kist in Voorbeeld 1 nog eens.

a

Bereken de oppervlakte van dit schaalmodel zelf na.

De inhoud van het model is `511,56` cm3, want de wanden van de echte houten kist zijn `10`  mm dik.

b

Laat zien dat dit klopt.

c

Bereken de inhoud van de werkelijke kist.

Opgave 4

Er wordt een tweede kist gemaakt van dit zelfde schaalmodel. De schaal daarvan is `1 : 5` .

a

Is die kist groter of kleiner dan de eerste? Hoeveel bedraagt de lengtevergrotingsfactor van deze kist ten opzichte van de eerste?

b

Bereken de oppervlakte van de tweede kist vanuit die van de eerste kist.

c

Bereken de inhoud van de tweede kist vanuit die van de eerste kist.

verder | terug