Elke vierhoek kun je verdelen in twee driehoeken.
De oppervlakte van een vierhoek is daarom gelijk aan de som van de oppervlaktes van de twee driehoeken waarin je
hem kunt verdelen.
Is een vierhoek een parallellogram, dan levert het verdelen twee gelijke driehoeken op. De oppervlakte van een parallellogram is daarom precies twee keer de oppervlakte van één van die driehoeken.
oppervlakte (parallellogram) `=` basis `*` hoogte
Korter: `opp(p a r m) = b * h` als `b` de basis en `h` de hoogte is.