Meetkundige berekeningen > Pythagoras
123456Pythagoras

Voorbeeld 1

Je ziet hier de rechthoekige driehoek `ABC` met `BC=a=4` en `AC=b=3` en `/_C = 90^@` .

Bereken de lengte van de langste zijde `AB` .

> antwoord

Je kunt door een vierkant op zijde `AB` te tekenen de oppervlakte ervan berekenen.
Ga na dat die oppervlakte `AB^2 = 25` roosterhokjes is.
De lengte van de zijde is dus `AB=sqrt(25)=5` .


Met de stelling van Pythagoras kun je die oppervlakte sneller bepalen.

De stelling van Pythagoras geeft direct `AB^2` dus de oppervlakte van het vierkant:

`4^2 + 3^2 = AB^2`

Dus `AB^2 = 16 + 9 = 25` .

Zodat `AB=sqrt(25) = 5` .

Door de kwadraten van de gegeven rechthoekszijden op te tellen heb je geen vierkanten op de zijden nodig.

Opgave 4

Bekijk Voorbeeld 1 nog eens. In de rechthoekige driehoek is de langste zijde steeds zijde `AB` .

a

Neem `AC=6` en `BC=4` en bereken `AB` . Laat de wortel in het antwoord staan.

b

Oefen dit (samen met een medeleerling) voor andere waarden van `AC` en `BC` .

Opgave 5

Van een rechthoekige driehoek `PQR` met `∠Q=90^@` is `PQ=18`  cm en `QR=30`  cm.

a

Schets deze driehoek en schat de lengte van `PR` .

b

Bereken de lengte van `PR` met behulp van de stelling van Pythagoras in twee decimalen nauwkeurig.

verder | terug