Arnoud betaalt voor zijn boodschappen € 18,69, dus `1` tientje, `8` euro, `6` dubbeltjes ( `0,1` euro) en `9` cent ( `0,01` euro). Dit getal bestaat dus uit `1` tiental, `8` eenheden, `6` tienden en `9` honderdsten.

Een kommagetal als $\mathrm{6302,54}$ bestaat uit:

Omdat voor elk getal $10$ cijfers ($0$, $1$, $2$, $3$, $4$, $5$, $6$, $7$, $8$ en $9$) worden gebruikt, spreek je van het tientallig stelsel of decimale stelsel. De plaats van het cijfer bepaalt de waarde ervan. De $0$ is nodig om een lege plaats aan te geven. De getallen achter de komma noem je decimalen.

Kommagetallen kun je weergeven op een getallenlijn.

Klik op de rode punt en beweeg hem met de pijltjestoetsen. Je ziet dan getallen in twee cijfers achter de komma.

Bij sommige getallen komen er geen cijfers achter de decimale komma (punt). Dat zijn gehele getallen: $0$, $1$, $2$, $3$, $4$, $5$, $6$, $7$, $8$, $9$, $10$, $11$, $12$, enzovoorts.

Hoe verder een getal naar rechts ligt op de getallenlijn hoe groter het is:

• $3$ is groter dan $2$; je schrijft $3>2$

• $\mathrm{307,15}$ is groter dan $\mathrm{62,853}$; je schrijft $\mathrm{307,15}>\mathrm{62,853}$

• $\mathrm{11,3}$ is kleiner dan $\mathrm{11,31}$; je schrijft $\mathrm{11,3}<\mathrm{11,31}$

Het getal $\mathrm{3,15}$ ligt tussen $\mathrm{3,1}$ en $\mathrm{3,2}$ in. Dat betekent dat $\mathrm{3,15}$ groter is dan $\mathrm{3,1}$ maar kleiner is dan $\mathrm{3,2}$. Je kunt dit schrijven als $\mathrm{3,1}<\mathrm{3,15}<\mathrm{3,2}$.