Verhoudingen

Verhoudingen > Verhoudingstabellen

123456Verhoudingstabellen

Verwerken

Opgave 7

Vul de volgende verhoudingstabellen verder in:

$6$
$8$	$16$

$12$	$6$
$8$

$11$
$14$	$70$	$35$

$30$
$50$	$5$	$55$

Opgave 8

In een gebruiksaanwijzing voor het maken van behangplaksel staat: "Meng `2` kilogram van dit poeder met `5` liter water."

Marloes heeft `6` van pakken van `1` kilogram met behangplaksel gekocht.

Hoeveel behangplaksel kan ze dus maken?

Ze maakt een verhoudingstabel voor het aantal pakken behangplaksel en het aantal liter water. Vul de tabel helemaal in.

aantal pakjes	$2$	$1$	$4$
liter water	$5$			`12,5`

Marlous wil een emmer van `12,5` L helemaal vullen. Hoeveel pakjes behangplaksel heeft zij nodig?

Ze houd `1` pakje over. Hoeveel behangplaksel kun je daar nog mee maken?

Opgave 9

Marloes werkt op zaterdag in een bloemenwinkel. Omdat rode rozen erg duur zijn, worden ze per stuk verkocht. Vanaf $5$ stuks worden de rozen per bos verkocht.
Eén rode roos kost: € 0,62.
Een bos van $5$ rode rozen kost € 2,79.
Een bos van $10$ rode rozen kost € 5,58.

Marloes wil haar moeder verrassen met een bos van $12$ rode rozen. Hoeveel moet Marloes hiervoor betalen?

Een bos rozen is goedkoper dan losse rozen. Bij aankoop van een bos hoef je dus niet alle rozen te betalen.

Hoeveel rozen hoef je niet te betalen als je twee bossen van $5$ rozen koopt?

Maak deze tabel af.

aantal rozen	$5$	$10$	$15$
aantal gratis rozen

Hoeveel rozen moet je betalen als je voor de verjaardag van je moeder een bos van $38$ rozen wilt kopen?

verder | terug