.
bij bij .
Omdat je daarvoor een meter met een meter met een meter moet vermenigvuldigen. Je hebt dus in drie richtingen met een m te maken.
, ,
Door de derde machtswortel uit de inhoud te trekken.
is de lengte van de zijde van zo'n kubus en daar komt uit omdat .
Kijk goed hoe je dit op jouw rekenmachine moet invoeren.
Je vindt:
`root[3](10) ~~ 2,15443469`
.
Dit komt niet op een geheel getal uit omdat er geen geheel getal is waarvan de derdemacht
`10`
is.
Zie de figuur.
De inhoud is dm3. Elke ribbe is dus dm en dat is ongeveer mm.
De totale oppervlakte is dm2 en dat is ongeveer mm2.
`5^3 = 125` .
`10^3 = 1000` cm3.
Omdat `root[3](729)=9` , zijn dan de ribben van elk kleine kubusje `9/5 = 1,8` cm.
Als hij is gevuld met kubusjes zijn er
`5^3 = 125`
.
Binnenin zitten er dan
`3^3 = 27`
kubusjes.
Aan de buitenkant zijn dat er dus
`125 - 27 = 98`
.
Dat zijn alleen die op de hoekpunten, dus `8` stuks.
Dat zijn alleen die op de ribben, maar niet in de hoekpunten dus `3xx12 = 36` stuks.
`9xx6 = 54` stuks.
cm.
cm.