Gegeven zijn de lineaire functies en .
Teken de grafieken van beide functies in één figuur en geef daarin het snijpunt en alle nulpunten aan.
Bereken het exacte snijpunt van beide grafieken.
De lijn gaat door en . De lijn gaat door en .
Stel bij deze lijnen passende lineaire formules op.
Bereken het exacte snijpunt van beide lijnen.
Een bedrijf brengt een nieuwe keukenmachine op de markt. Deze keukenmachine gaat € 124,50 kosten. Om het apparaat te kunnen produceren heeft het bedrijf kosten gemaakt. Het ontwikkelen van het apparaat en het inrichten van een productielijn hebben € 310.000,00 gekost. Verder kost elk apparaat het bedrijf aan materiaal en loonkosten € 82,00.
Stel een formule op voor de totale kosten voor de productie van van die keukenmachines.
Stel ook een formule op voor de totale opbrengst van de verkoop van van die keukenmachines.
Hoeveel keukenmachines moet het bedrijf minstens verkopen om winst te kunnen maken?
Een vrachtauto weegt volgeladen met m3 zand ton. Nadat de chauffeur m3 zand heeft bezorgd, weegt de vrachtauto met zand nog ton.
Hoeveel weegt de lege vrachtauto?
De kantinebaas van een school koopt pakken koeken. Hij neemt twee soorten: gevulde koeken van € 3,00 per pak en spritsen van € 2,00 per pak. Hij weet niet meer hoeveel pakken van elke soort hij heeft besteld, maar in zijn boekhouding kan hij zien dat de totale kosten € 1180,00 waren.
Noem het aantal pakken spritsen en het aantal pakken gevulde koeken . Welke twee formules kun je dan afleiden?
Bereken nu met behulp van de twee gevonden formules hoeveel pakken van elke soort de kantinebaas heeft ingekocht.