Statistiek en kansrekening > Kansen
12345Kansen

Toepassen

In de meeste gevallen kun je kansen alleen bepalen met behulp van statistiek. Neem bijvoorbeeld de kans dat een mens een bepaalde leeftijd haalt, dat een meteoriet op Aarde stort, dat er een jongetje of een meisje wordt geboren, dat jouw favoriete nummer in de Top 2000 terechtkomt, enz.

Stel je bijvoorbeeld voor dat je wilt weten hoe groot de kans is dat een punaise na opgooien met de punt omhoog komt te liggen. Er is maar één manier om de kans daarop te berekenen: heel vaak proberen en bijhouden wat er gebeurt.

Opgave 12Punaises
Punaises

Als je de kans wilt weten dat een punaise na opgooien met de punt omhoog komt te liggen, moet je experimenteren.

a

Gooi 100 keer met een punaise. Houd bij hoe vaak de punt bovenkomt en hoe vaak niet.

b

Hoe groot is volgens jou de kans dat een punaise met zijn punt bovenkomt? Vergelijk je resultaat met die van de andere leerlingen.

c

Als je de resultaten van meerdere leerlingen vergelijkt, kun je dan een uitspraak doen over de kans dat een punaise met zijn punt bovenkomt.

Opgave 13Kansen bij voetbal
Kansen bij voetbal

Bekijk de volgende situaties. Geef aan of je de beschreven kans kunt beredeneren of alleen door experimenteren en statistieken kunt bepalen.

a

De kans dat een bepaalde voetballer met de volgende strafschop een doelpunt scoort.

b

Bij de toss aan het begin van een voetbalwedstrijd wordt een geldstuk opgeworpen; het gaat om kop of munt. Hoe groot is de kans dat jouw ploeg mag aftrappen?

c

Bij de voetbaltoto moet je van 13 wedstrijden voorspellen of de thuisclub wint, verliest of dat er wordt gelijk gespeeld? Hoe groot is de kans dat je alles goed hebt als je deze voetbaltoto puur op de gok invult?

d

Hoe groot is de kans dat Go Ahead Eagles van Ajax wint?

Opgave 14Kansspel?
Kansspel?

Een spel heet een kansspel als de uitkomsten ervan zuiver door het toeval worden bepaald.

Hieronder worden een paar spellen beschreven. Leg uit of er sprake is van een kansspel of niet.

a

Je gooit met drie geldstukken en kijkt hoeveel keer kop bovenkomt.

b

Bij het spelletje "Boter, kaas en eieren" moet je om beurten een kruis (speler 1) of een rondje (speler 2) in een schema van 3 bij 3 plaatsen. Wie het eerst drie gelijke tekens op een rij (horizontaal, verticaal, of diagonaal) heeft, wint het spel?

c

Het delen van kaarten uit een goed geschud volledig kaartspel.

d

Het meespelen met de toto, waarbij je van een serie van 13 voetbalwedstrijden moet kiezen uit: de thuisclub wint, verliest of er wordt gelijk gespeeld.

verder | terug