Statistiek en kansrekening > Kansen
12345Kansen

Testen

Opgave 15

Het spel Rummikub heeft `106` steentjes: twee sets van de getallen 1 tot en met 13 in de kleuren rood/geel/blauw/zwart, en twee jokers. Deze hebben een rood en een zwart gezichtje. Bij het delen liggen alle stenen omgekeerd en door elkaar gehusseld op tafel, zodat je niet kunt zien welke steen je pakt.

Je pakt de eerste steen.

a

Hoe groot is de kans dat het een joker is?

b

Hoe groot is de kans dat er het cijfer 11 op staat?

c

Hoe groot is de kans dat het hoogstens een 3 is?

d

Waarom is het berekenen van deze kansen niet meer te doen als je als nummer vier jouw eerste steen pakt?

Opgave 16
jongens meisjes
wiskunde B 18 12
geen wiskunde B 32 40

Op een school is de keuze in 3 havo voor wiskunde B in kaart gebracht. In de tabel zie je de aantallen.

a

Je komt een mannelijke medeleerling tegen (waarvan je niet weet welke keuze hij heeft gemaakt).
Hoe groot is de kans dat hij wiskunde B wil kiezen?

b

Hoe groot is de kans dat een willekeurige wiskunde B kiezer een meisje is?

c

Hoeveel procent van deze leerlingen kiest wiskunde B?

verder | terug