Hieronder zie je twee windvectoren en de fietsrichting getekend.
Bereken de twee componenten met behulp van sinus en cosinus.
Een vlaggemast met een lengte van `8` m is "uit het lood" gewaaid. Hij maakt een hoek van met een horizontaal vlak.
Hoe hoog zit de top van de vlaggemast boven de grond? Werk met sinus en/of cosinus en geef je antwoord in cm nauwkeurig.