Eerst vereenvoudigen: .
En nu invullen levert op.
Eerst haakjes uitwerken en samennemen: .
En nu invullen geeft .
Eerst de breuken optellen: .
Nu invullen geeft .
Eerst haakjes uitwerken en samennemen: .
Invullen geeft .
Dit wordt en dus
Meteen delen geeft en dat wordt .
geeft .
geeft .
en dat wordt .
en dat wordt .
en dat wordt .
geeft en dus zodat .
m.
m.
Ongeveer µm en dat is nm. Ongeveer nanobuizen vormen samen één haar.
Uit volgt en dus . En dan is .
De omtrek is .
Gebruik de lengtes van de zijden die je bij a hebt gevonden. De oppervlakte is .
Dit kun je het gemakkelijkst aanpakken met een vergrotingsfactor. Als de lengtevergrotingsfactor
is, dan is de oppervlaktevergrotingsfactor . De oppervlakte is precies keer de oppervlakte die je bij b hebt gevonden. Dus de lengtes van deze vierhoek
zijn keer die van de vierhoek bij a en b.
De zijden zijn nu dus , en .
Als je kiest , dan is .
Omdat .
Nu is het werken met een niet nodig, je kunt gewoon buiten haakjes halen: .
Als groter wordt, dan wordt kleiner, dus moet er een groter getal van worden afgetrokken, dus moet groter worden en juist kleiner.
dagen, dus en dagen.
en dagen.
en dagen.
En daaruit volgt en dus dagen.