Rekenen en algebra > Breuken
12345Breuken

Voorbeeld 2

Van een rechthoek is de oppervlakte `24` cm2 en de omtrek `21,4`  cm. Je wilt de lengte en de breedte bepalen.

> antwoord

Dergelijke problemen met twee variabelen kun je oplossen met behulp van tabellen en grafieken. Je neemt voor de lengte bijvoorbeeld `l` en voor de breedte `b` . De gegevens leveren dan op:

  • De omtrek is `2 l + 2 b = 21,4` .

  • De oppervlakte is `l * b = 24` .

Deze formules kun je met behulp van de balansmethode herleiden tot de vorm `l = ...` :

  • Uit de formule voor de omtrek volgt `l = 10,7 - b` .

  • Uit de formule voor de oppervlakte volgt `l = 24/b` .

Je zegt wel dat `l` nu is uitgedrukt in `b` . Dat doe je om gemakkelijker tabellen en grafieken te kunnen maken. Probeer daarmee de juiste waarden voor lengte en breedte te vinden.

Opgave 6

Bekijk Voorbeeld 2.

a

Herleid zelf de twee formules.

b

Maak een tabel waarin beide formules staan. In deze tabel kun je opzoeken bij welke waarde van `b` er bij beide formules eenzelfde waarde voor `l` uitkomt. Welke waarden voor `b` en `l` vind je?

Opgave 7

Herleid de formules tot een vorm waarin `y` is uitgedrukt in `x` . Neem aan dat `x ≠ 0` en `y ≠ 0` .

a

`2 x + 5 y = 10`

b

`5 x - 2 x y = 10`

c

`2 x * 3 y = 9`

d

`(2x)/(3y) = 9`

verder | terug