Allerlei verbanden > Werken met variabelenTesten
Een ondernemer maakt een bepaald product waarop hij het monopolie heeft. Voor zijn productiekosten (in honderden euro) geldt de formule `K=0,5 q^3-4 q^2+11 q+4` waarin `q` de geproduceerde hoeveelheid in honderden kilogram is.
De hoeveelheid product die hij aanbiedt aan zijn afnemers heeft invloed op de prijs. Er geldt: `p=11 -q` waarin `p` de prijs in honderden euro is. Ga er van uit dat deze ondernemer zijn totale productie ook verkoopt.
De winst `W` kan worden uitgedrukt in `q` . Geef de bijbehorende formule.
Maak de grafiek van de functie `W` op je grafische rekenmachine en bereken bij welke verkochte hoeveelheid zijn winst zo groot mogelijk is.
Gegeven zijn de formules `P=3q+5r+22` en `r=4q-2` .
Combineer de formules, en stel formules op in de vorm
`P=ar+b`
en
`r=cP+d`
.
Welke getallen zijn
`a`
,
`b`
,
`c`
, en
`d`
?