Allerlei verbanden > Werken met variabelen
12345Werken met variabelen

Verwerken

Opgave 11

Herleid tot de vorm `y=...`

a

`5x+4y=25`

b

`x=15-3y`

c

`x*y=16`

d

`(2y)/(5x)=3`

Opgave 12

Gegeven zijn de formules: `r=2p+q` en `p=q+3`
Vul de uitdrukking van `p` uit de tweede formule in de eerste formule in en herleid tot de vorm `r=aq+b` .

Opgave 13

De prijzen van een pretpark zijn € 30,00 per volwassene en € 7,50 per kind.

a

Een gezin met vader, moeder en drie kinderen gaat naar het pretpark. Wat zijn de kosten voor de entree?

b

Geef een formule voor de prijs `P` afhankelijk van het aantal volwassenen `v` en het aantal kinderen `k` .

c

Teken een grafiekenbundel bij het aantal volwassenen: `v = 2, 4, 6, 8, 10` .

d

Een basisschool gaat op schoolreis naar het pretpark. Per vier leerlingen is er één volwassene mee. Leg uit dat geldt `k=4v` en druk de prijs `P` uit in aantal volwassenen `v` .

e

Leg aan de hand van de grafiek uit dat je kunt zien dat de prijs voor twee volwassenen en acht kinderen hetzelfde is als de prijs voor vier volwassenen zonder kinderen.

Opgave 14

De oppervlakte `A` van een cilinder is `A = 2pi r^2 + 2pi r * h` met `r` en `h` in centimeter.

a

Een blik met de vorm van een cilinder heeft een hoogte van `12` cm.
Welke formule geldt voor de oppervlakte van dit blik?

De fabrikant van deze blikken wil dat de oppervlakte van het materiaal maximaal `10` dm2 is.

b

Plot de grafiek van `A` afhankelijk van `r` . Welke instellingen kies je?

c

Welke straal heeft een blik met een oppervlakte van `10` dm2? Geef je antwoord in millimeter nauwkeurig.

Opgave 15

Een softwareontwikkelaar verkoopt softwarepakketten aan kleinere bedrijven. Deze softwareproducent rekent met de formule `p = 1200 - 3q` om zijn prijs `p` (euro) te bepalen afhankelijk van het aantal pakketten `q` dat hij verkoopt. De kosten voor het versturen van dit pakket naar een klant bedragen € 10,00 per stuk.

a

Voor de opbrengst `R` (euro) geldt de formule: `R=q*p` .
Welke formule geldt voor de opbrengst `R` uitgedrukt in `q` ?

b

Welke formule geldt voor de kosten `K` uitgedrukt in `q` ?

c

Voor de winst `W` (euro) geldt de formule: `W=R-K` .
Stel een formule op voor de winst `W` . Schrijf de formule zonder haakjes.

d

Breng de formule voor `W` volledig in beeld op de grafische rekenmachine en bereken de maximaal haalbare winst.

Opgave 16

ChemTech produceert een bepaald onkruidbestrijdingsmiddel. Voor de productiekosten per maand geldt:

`q` (duizend kg per maand) 1 2 3 4 5 6
`TK` (euro per maand) 775 1000 1220 2000 4000 8000

Hierin is `q` de geproduceerde hoeveelheid per maand in duizenden kg en `TK` de totale kosten in euro. Verder verkoopt ChemTech dit middel voor € 2,25 per kg.

a

De bedrijfsleiding heeft voor de kosten deze formule bedacht:
`TK=100 q^3-600 q^2+1300 q`
Laat zien dat deze formule redelijk goed bij de gegeven tabel past.

b

Voor de totale winst `TW` (euro) geldt de formule: `TW=TO-TK` .
Hierin is `TO` de totale opbrengst (euro).
Stel een formule op voor de totale winst `TW` afhankelijk van `q` . Ga ervan uit dat de geproduceerde hoeveelheid elke maand ook wordt verkocht.

c

Bepaal met de grafische rekenmachine bij welke productie per maand de winst maximaal is.

verder | terug