Allerlei verbanden > Gebieden en ongelijkheden
12345Gebieden en ongelijkheden

Voorbeeld 3

Een gemeente wil het water in haar buitenzwembad op `20`  °C houden. De gemeente legt hiervoor een verwarmingsinstallatie aan. Omdat je in de zomermaanden ook van de warmte van de zon kunt profiteren, voorspelt een verwarmingsdeskundige dat de verwarmingskosten `k` zullen voldoen aan de formule: `k=800 -60 u-50 t`
Hierin is `u` het gemiddeld aantal zonuren per dag en `t` het gemiddeld aantal graden Celsius dat de buitentemperatuur afwijkt van de `20`  °C.
`k` wordt gerekend in euro per dag.

De hele maand juli is bijgehouden wat de gemiddelde buitentemperatuur was. Deze schommelde tussen `20`  °C en `24`  °C. Het aantal zonuren schommelde tussen de `5` en `8` uur per dag.

  • Teken het gebied dat bij de maand juli hoort.

  • Welke ongelijkheden beschrijven dit gebied?

  • Tussen welke bedragen varieerden de verwarmingskosten in de maand juli?

> antwoord
  • De gemiddelde buitentemperatuur schommelde tussen `20`  °C en `24`  °C, dus `t` schommelde tussen `0` en `4` . Het gebied zit dus tussen `t=0` en `t=4` .
    `t=0` geeft `k=800-60u` .

    `t=4` geeft `k=800-60u-200` en dus `k=600-60u` .
    Het aantal zonuren schommelde tussen de `5` en `8` uur per dag, dus tussen `u=5` en `u=8` .
    Teken nu het juiste gebied.

  • Het gebied wordt omschreven door de ongelijkheden:
    `k≤800-60u` , `k≥600-60u` , `u≥5` en `u≤8` .

  • De verwarmingskosten in juli zijn maximaal in de linkerbovenhoek van het gebied en minimaal in de hoek rechtsonder. Vul `u=5` in de formule van `t=0` in, en vul `u=8` in de formule van `t=4` in. De maximale kosten waren: `800-60*5=500,00` euro.
    De minimale kosten waren: `600-60*8=120,00` euro.

Opgave 9

Een andere gemeente wil het water in haar buitenzwembad ook op `20`  °C houden. Voor hen geldt de formule: `k=1000 -80 u-60 t` , waarin `u` het gemiddeld aantal zonuren per dag is en `t` het gemiddeld aantal graden Celsius dat de buitentemperatuur afwijkt van de `20`  °C. `k` wordt gerekend in euro per dag.

a

De hele maand augustus is bijgehouden wat de gemiddelde buitentemperatuur iedere dag was. Deze schommelde tussen `19`  °C en `23`  °C. Het aantal zonuren schommelde tussen de `5` en `7` uur per dag.
Teken het gebied dat bij de maand augustus hoort.

b

Welke ongelijkheden beschrijven dit gebied?

c

Tussen welke bedragen varieerden de verwarmingskosten in de maand augustus?

verder | terug