Werken met data > Statistische variabelen
12345Statistische variabelen

Verkennen

Opgave V1

Hier staan de gegevens over de gezinsomvang van leerlingen uit twee 4-havoklassen:

H4A: 3, 5, 2, 6, 5, 5, 2, 3, 4, 6, 4, 3, 5, 2, 5, 4, 4, 3, 4, 4, 5, 3, 7, 4, 4, 5, 2, 4

H4B: 4, 2, 5, 3, 4, 2, 4, 3, 5, 2, 3, 4, 6, 3, 3, 4, 3, 5, 4, 2, 4, 2, 5, 3

a

Van deze data is een tabel gemaakt. Verklaar de getallen in deze tabel.

b

Vul de tabel ook in voor H4B.

Je moet nog verder met de tabel rekenen, dus het is handig om met Excel te werken.

In de frequentietabel staan de absolute frequenties. Door ze allemaal te delen door het totale aantal leerlingen krijg je relatieve frequenties die je ook kunt geven als percentages. Je kunt dan gemakkelijker beide tabellen vergelijken.

c

Maak een nieuwe tabel met relatieve frequenties.

d

Beschrijf de verschillen tussen H4A en H4B.

verder | terug