Bekijk de dotplots gemaakt vanuit de dataset Gegevens 154 havo 4-leerlingen.
Waar zou je bij beide deelgroepen het midden van de frequentieverdeling plaatsen? Licht je antwoord toe.
De mediaan is de lengte die op de helft van de verdeling zit, dus waar `50` % van de lengtes onder zit (en dus ook `50` % erboven). Bepaal de mediaan van de lengtes van de meisjes. Doe dat ook bij de jongens.
Bij welke deelgroep zijn de gegevens het meest verspreid? Licht je antwoord toe.
Laat bij de dotplot van de meisjes de twee grootste scores weg. Maakt dat veel verschil voor de mediaan? En voor de spreiding van de verdeling?
Beantwoord dezelfde vragen als bij d voor de jongens.
Bereken voor de lengte van de jongens de spreidingsbreedte. En voor de meisjes.
De beide spreidingsbreedtes verschillen nauwelijks. Vind je dat de spreiding van de lengtes van de jongens en de meisjes vrijwel even groot is?
Je kunt een dataset in groepen van `25` % verdelen, dus vier kwarten met even veel data. Deze groepen hebben de volgende vijf grenzen: het minimum, het eerste kwartiel `Q_1` , de mediaan, het derde kwartiel `Q_3` en het maximum.
Welke lengtes hebben de `25` % kleinste jongens?
Laat met een berekening zien dat `25` % van de langste meisjes inderdaad de lengtes `173` tot en met `197` cm heeft.
Bepaal nu zowel voor de jongens als voor de meisjes uit de dotplots de grenzen van de vier kwarten. Verwerk dit in een schets.