Conclusies trekken > Verschil kwantitatieve variabelen
123456Verschil kwantitatieve variabelen

Uitleg

Van een bepaald type batterijen wordt het productieproces aangepast om de levensduur (uur) te verlengen. Er worden `15` batterijen van het oude productieproces vergeleken met `15` batterijen die op de nieuwe manier zijn geproduceerd. In de tabel staan de resultaten. `L_(I)` stelt de levensduur voor van batterijen die volgens het oude productieproces zijn gemaakt, `L_(II)` is de levensduur van een batterij in het nieuwe proces.

`L_I` (uur)

560

625

580

605

598

602

602

613

650

583

588

595

601

623

589

`L_(II)` (uur)

630

620

595

590

635

660

610

654

632

680

624

590

643

625

671

Als het verschil tussen de gemiddelden in beide steekproeven erg groot is, is het verschil in levensduur dan ook erg groot? Als de bijbehorende standaardafwijkingen groot zijn, hoeft dat niet zo te zijn.

Uit de gegevens volgt:

Het gemiddelde `bar L_I=600,9` .
De standaardafwijking `S_I=20,7` .
Het gemiddelde `bar L_(II)=630,6` .
De standaardafwijking `S_(II)=26,9` .

Bereken nu de zogenaamde effectgrootte: `E=(text(grootste gemiddelde) - text(kleinste gemiddelde))/(text(gemiddelde van de standaardafwijkingen))`

Dus `E=(630,6-600,9)/(1/2(20,7+26,9))` .

Er bestaan vuistregels om een conclusie te trekken:

  • Als `E>0,8` dan is het verschil tussen de variabelen groot.

  • Als `0,4 < E le 0,8` dan is het verschil middelmatig.

  • Als `E le 0,4` dan is het verschil gering.

De formule voor de effectgrootte en de vuistregels staan op de Formulekaart.

Opgave 3

Gebruik de gegevens uit Uitleg 2.

a

Bereken de gemiddelde levensduur van de twee typen batterijen.

b

Bereken de standaardafwijkingen van de twee typen batterijen.

c

Bereken de effectgrootte met de formule uit de uitleg.

d

Is het verschil in levensduur tussen de twee typen batterijen gering, middelmatig of groot?

Opgave 4

Bekijk de formule voor de effectgrootte in Uitleg 2.

a

Wat verandert er aan `E` als de gemiddelden worden verwisseld?

b

De gemiddelden zijn verwisseld. Geef een voorbeeld van een waarde van `E` waarbij een foute conclusie zou worden getrokken.

c

Er worden twee variabelen vergeleken. Het komt regelmatig voor dat de standaardafwijkingen dan gelijk zijn. De formule voor `E` wordt dan eenvoudiger. Schrijf zo'n eenvoudige formule op.

verder | terug