Functies en grafieken > Samengestelde functies
123456Samengestelde functies

Toepassen

Opgave 13Omhoog werpen
Omhoog werpen

Een voorwerp wordt met een beginsnelheid van `20` meter per seconde (m/s) omhoog geworpen. Met verwaarlozing van de luchtweerstand is de snelheid `v` (in m/s) een functie van de tijd `t` (in seconde):
`v(t)=20-9,81 t`

a

Bereken op twee decimalen nauwkeurig op welk tijdstip het voorwerp voor het eerst zal vallen.

b

Schrijf `t` als functie van `v` .

c

Bereken met de formule uit b op twee decimalen nauwkeurig op welk tijdstip het voorwerp voor het eerst zal vallen.

Opgave 14Slingertijd
Slingertijd

Als je een massa aan een dunne kabel ophangt en je brengt die massa in beweging, gaat die massa heen en weer slingeren met een slingertijd van

`t=2 π sqrt(l/(9,81))`

Hierin is `t` de slingertijd in seconden en `l` de lengte van het touw in meter ( `9,81` is de zwaartekrachtsconstante).

a

Welke slingertijd hoort er bij een massa van `1` kilogram die slingert aan een kabel met een lengte van `2` meter? Geef je antwoord in honderdsten van seconden nauwkeurig.

Iemand wil de lengte van de kabel berekenen door de slingertijd te meten. (De lengte van de kabel is de afstand van het ophangpunt tot het massamiddelpunt van het slingerende voorwerp.) Hij schrijft de formule in de vorm `l=...`

b

Schrijf `l` als functie van `t` .

c

Bereken nu met de formule uit b in twee decimalen nauwkeurig de lengte van de kabel als de slingertijd `3,2` seconden is.

verder | terug