Veeltermfuncties > Ongelijkheden
12345Ongelijkheden

Verwerken

Opgave 6

Los de ongelijkheden algebraïsch op.

a

`5 (x-1 ) ^2-9 >11`

b

`x^3>x`

c

`x^3≤80 x-2 x^2`

d

`text(-)2x^2 < 8-x`

e

`8/(x^2) ≥ x`

f

`x^2-4 x> text(-)3`

Opgave 7

Een winkelier koopt maandelijks fietsen in voor € 300,00 per stuk. Deze slaat hij op in een magazijn. Voor het gebruiken van dit magazijn betaalt hij een huur van € 950,00 per maand. Daarnaast heeft hij personele kosten van € 5200,00 per maand. Hij verkoopt de fietsen voor € 425,00 per stuk.

a

Hoeveel fietsen moet de winkelier in een maand verkopen wil hij die maand winst maken? Ga ervan uit dat hij alle fietsen die hij inkoopt dezelfde maand nog verkoopt.

b

In een maand heeft de winkelier `200` fietsen gekocht. Hoeveel van die fietsen moet hij minstens verkopen om alle kosten van die maand te dekken?

Opgave 8

Twee auto’s rijden op de A1, beide met (ongeveer) constante snelheid. Bestuurder A houdt een snelheid van `110` km/h aan. Bestuurder B rijdt met `120`  km/h. Als bestuurder B bij de IJsselbrug bij Deventer komt, ligt hij `24` kilometer achter op bestuurder A. Het tijdstip waarop dat gebeurt, is `t=0` . De afstand (kilometer) tot Deventer wordt voorgesteld door `a(t)` .

a

Stel bij beide auto’s een lineaire functie voor `a(t)` op.

b

Bereken na hoeveel minuten auto A door auto B wordt ingehaald.

c

Bereken algebraïsch hoelang hun onderlinge afstand minder dan `4`  kilometer is.

Opgave 9

Gegeven is de functie `f` met `f(x)=(x^2-4 )(x^2-9 )` .

a

Los algebraïsch op: `f(x)≤0` .

b

Los algebraïsch op: `f(x) < 36` .

Opgave 10

Gegeven zijn de functies `f(x)=x^2+px+12` en `g(x)=text(-)x+9` .

a

Voor welke exacte waarden van `p` snijdt de grafiek van `f` de `x` -as twee keer?

b

Neem `p=3` en los de ongelijkheid `f(x) < g(x)` algebraïsch op.

verder | terug