Logaritmische functies > Eigenschappen
12345Eigenschappen

Voorbeeld 1

Door de eigenschappen van logaritmen kun je ermee rekenen en uitdrukkingen herleiden. Bijvoorbeeld:

  • `\ ^6log(24 )+2 *\ ^6log(3 )=\ ^6log(24 )+\ ^6log(3^2)=` `\ ^6log(24 *9 )=\ ^6log(216 )=3`

  • `\ ^2log(12 )+\ ^(0,5)log(12 )=\ ^2log(12 )+ (\ ^2log(12 )) / (\ ^2log(0,5 )) =` `\ ^2log(12 )-\ ^2log(12 )=0`
    want `\ ^2 log ( 0,5 )=\ ^2 log ( 2^(text(-)1))=text(-)1`

  • `\ ^2log(7 )*\ ^7log(8 )= (log(7 )) / (log(2 )) * (log(8 )) / (log(7 )) = (log(8 )) / (log(2 )) =\ ^2log(8 )=3`

  • `2^ (\ ^2log(7 )) =7`

  • `\ ^5log(7) + \ ^3log(9)=\ ^5log(7) +2=\ ^5log(7) + \ ^5log(25)=\ ^5log(175) `

Opgave 5

Bereken de logaritmen en controleer of de uitdrukkingen waar zijn.

a

`\ ^2log(16 )+\ ^2log(8 )=\ ^2log(128 )`

b

`\ ^2log(16 )-3 *\ ^2log(2 )=\ ^2log(2 )`

c

`\ ^3log(3)+\ ^3log(9 )=\ ^3log(81)`

Opgave 6

Bereken met behulp van de eigenschappen van logaritmen.

a

`\ ^2log(72 )-2 *\ ^2log(3 )`

b

`\ ^2log(80 )+\ ^(0,5)log(5 )`

Schrijf als één logaritme.

c

`\ ^2log(7 )+\ ^3log(81 )`

d

`0,5 *\ ^2log(36 )-1`

verder | terug