Hoeken en afstanden > Raaklijnen en hoeken
123456Raaklijnen en hoeken

Verkennen

Opgave V1

Hier zie je een cirkel om `O` met straal `5` en de lijn `l: y=text(-)0,75 x+6,25` .
Lijn `l` raakt de cirkel in `P` .

a

Wat weet je van de hoek tussen lijnstuk `OP` en lijn `l` ? Waarom weet je dat zo zeker?

b

Ga na, dat ook `Q(4, 3 )` een punt van de cirkel is. Bepaal de richtingscoëfficiënt van lijn `OQ` . Kun je hiermee de vergelijking van de raaklijn in `Q` aan de cirkel opstellen?

verder | terug