In een vaas zitten `9` balletjes, `3` rode, `3` blauwe en `3` gele. Ze zijn ook genummerd, van elke kleur draagt één balletje nummer 1, één balletje nummer 2 en één balletje nummer 3. Er wordt aselect één balletje getrokken. Bepaal de kans dat:
het balletje niet rood is;
het balletje rood is of nummer 2 heeft;
het balletje niet blauw is of niet nummer 3 heeft.
Van de leerlingen van een groep staat `70` % voldoende voor wiskunde, `63` % staat voldoende voor natuurkunde en `43` % staat voldoende voor beide vakken.
Hoeveel procent staat voldoende voor minstens een van beide vakken?
Hoeveel procent staat onvoldoende voor beide vakken?
Hoeveel procent staat voldoende voor wiskunde en onvoldoende voor natuurkunde?
Hoeveel procent staat voldoende voor wiskunde of onvoldoende voor natuurkunde?