Verbanden > Formules en grafieken
123456Formules en grafieken

Testen

Opgave 14

Een benzineauto rijdt met `4` liter benzine `100` kilometer. Een automobilist tankt tot hij `36` liter in de tank heeft.

a

Als de automobilist `50` kilometer heeft gereden, hoeveel liter benzine zit er dan nog in zijn tank?

b

Welke formule hoort bij het verband tussen de variabelen hoeveelheid benzine en aantal gereden kilometer?

c

Teken een grafiek bij deze formule.

d

Waarom is de grafiek een rechte lijn?

Opgave 15

Een school heeft een kopieerapparaat aangeschaft voor € 1250,00. Daarnaast zijn de kosten voor papier, inkt en elektricteit € 0,06 per kopie. De leerlingen moeten deze kosten betalen. De kosten per kopie zijn dus belangrijk.

a

Welke formule beschrijft het verband tussen de variabelen kosten per kopie en aantal?

b

Teken een grafiek bij dit verband.

c

De school verwacht dat leerlingen 6500 kopieën zullen gaan maken in het komende jaar. Hoeveel moeten de leerlingen dat jaar betalen per kopie?

d

Waarom is de grafiek geen rechte lijn?

verder | terug