Bij grafiek I, want deze grafiek is een rechte lijn door de oorsprong van het assenstelsel.
Ook tien keer zo groot. Bij geldt: en bij geldt: en dat is ook een tien keer zo grote -waarde.
Beide grafieken zijn rechte lijnen.
Het hellingsgetal is en een bijpassende formule is .
, dus dit punt ligt inderdaad op grafiek II.
Schrijf de uitwerking netjes op. Je vindt: .
Laat weer duidelijk de berekening zien. Je vindt: .
Je oefent jezelf met AlgebraKIT.
Je weet dan het snijpunt van beide grafieken. Daarna kun je aan de grafieken zien aan welke kant van dit snijpunt .
De -waarde van het snijpunt is: .
Aan de grafieken zie je nu dat de oplossing van de ongelijkheid is.
Als de waarde van bijvoorbeeld twee keer zo groot wordt, dan wordt de waarde van gehalveerd, dus door twee gedeeld.
De grafiek gaat dan steeds dichter bij de -as lopen zonder deze ooit te raken. De -as is de horizontale asymptoot van de grafiek.
De grafiek gaat dan steeds dichter bij de -as lopen zonder deze ooit te raken. De -as is de verticale asymptoot van de grafiek.
Bij negatieve waarden van krijg je dezelfde uitkomsten als bij positieve -waarden, maar dan negatief. De complete grafiek bestaat dus uit twee stukken die elkaar spiegelbeeld zijn bij spiegeling in .
Maak eerst een tabel. Zie figuur. Het is een hyperbolisch verband.
De grafiek gaat dan steeds dichter bij de lijn lopen zonder deze ooit te raken. De lijn is de horizontale asymptoot van de grafiek.
De grafiek gaat dan steeds dichter bij de -as lopen zonder deze ooit te raken. De -as is de verticale asymptoot van de grafiek.
Je krijgt eerst en dit geeft .
Alle -waarden waarvoor geldt en .
Tweemaal zo lang regenen geeft een tweemaal zo grote waterhoogte omdat de waterhoogte gelijkmatig stijgt (elke minuut evenveel).
Maak een tabel. De grafiek wordt een rechte lijn door en .
geeft minuten.
Maak een tabel. De grafiek wordt een rechte lijn door en .
De grafiek van gaat niet door de oorsprong van het assenstelsel.
De grafiek loopt minder steil omhoog dan die van
geeft . Dus nog ruim minuten.
Je vindt en dus .
Je vindt en dus .
Haakjes uitwerken geeft en dat levert op en dus .
Je vindt en dat geeft en dus .
Teken de grafieken van en in één figuur.
Los de vergelijking op. Je vindt . De oplossing van de ongelijkheid lees je uit de grafiek af: .
Bij kopieën:
€
0,50.
Bij kopieën:
€
0,10.
Bij vijf keer zoveel kopieën wordt de prijs per kopie met éénvijfde vermenigvuldigd.
Het is een hyperbolisch verband. Maak een tabel en teken dan de bijbehorende hyperbool met horizontale asymptoot en verticale asymptoot de -as.
Je moet oplossen. Het oplossen van de bijbehorende vergelijking geeft . Dus bij kopieën of meer is de school uit de kosten.
Je krijgt en .
Je krijgt en .
Je krijgt en .
Je krijgt en , dus of .
Neem aan , dan is en . En dus is en dit geeft . Zo krijg je .
Vanaf m3 betaal je minder per kubieke meter gas.
Vaste kosten per jaar:
€
40.
Prijs per m3: , dus
€
0,15.
Vaste kosten per jaar en vaste prijs voor de eerste m3:
€
130.
Prijs per m3 boven de m3: , dus
€
0,10.
Als m3 per jaar.
In het centrum is . Dus is .
Bij . Als de afstand heel groot wordt, oneindig groot, is een beving niet meer te voelen. Dan wordt de term met de breuk . Blijft altijd de eerste term over, onafhankelijk van de afstand.
Maak een grafiek bij deze tabel.
geeft . Dus meer dan km.