Statistiek > Klassenindeling
123456Klassenindeling

Voorbeeld 1

cijfers klas 2A
4,1 3,8 5,9 6,1 6,5
8,5 4,9 9,1 7,2 7,3
6,5 7,9 6,7 5,5 6,4
5,7 7,6 6,5 7,1 8,1
8,5 6,8 5,1 8,2 7,5
6,9 6,2 7,1 7,3 5,7
cijfers klas 2B
6,1 5,8 5,9 4,1 5,5
6,5 5,9 7,1 7,4 6,3
6,5 5,9 5,2 6,0 7,4
8,1 7,6 5,4 6,2 7,5
6,4 6,9 6,2 8,3 5,6

Om de rapportcijfers voor hetzelfde vak van 2A en 2B te kunnen vergelijken maak je één klassenindeling. De twee frequentietabellen voeg je samen en omdat de leerlingenaantallen verschillen gebruik je relatieve frequenties.

klasse klas 2A klas 2B
abs.freq. % abs.freq. %
3,5 < 4,5 2 6,7 1 4,0
4,5 < 5,5 2 6,7 2 8,0
5,5 < 6,5 7 23,3 12 48,0
6,5 < 7,5 11 36,7 6 24,0
7,5 < 8,5 5 16,7 4 16,0
8,5 < 9,5 3 10,0 0 0,0
totaal 30 100 25 100
Opgave 4

Bekijk Voorbeeld 1.

a

Reken de relatieve frequenties van de klasse 5,5 < 6,5 voor zowel 2A als 2B na.

b

Hoeveel procent van de leerlingen in 2A heeft een onvoldoende (dat is een cijfer lager dan 5,5)? En hoe zit dat in 2B? Kun je een conclusie trekken?

c

Schat met behulp van de frequentietabel hoeveel procent van de leerlingen in 2A een cijfer lager dan 6,0 heeft. Doe dit ook voor 2B. Kun je een conclusie trekken?

Opgave 5

Bekijk Voorbeeld 1.

a

Bereken de gemiddelde rapportcijfers in één decimaal nauwkeurig voor zowel 2A als 2B vanuit de ruwe data.

b

De rapportcijfers worden op gehele getallen afgerond. Om van die gehele cijfers de gemiddelden te berekenen kun je de frequentietabel goed gebruiken. Hoe komt dat?

c

Bereken de gemiddelden van de gehele rapportcijfers voor beide klassen. Vind je veel verschil met het antwoord bij a?

verder | terug