In de wiskunde heb je veel te maken met figuren. En er zijn nogal wat figuren... Je moet nauwkeurig afspreken wat je verstaat onder een punt, een lijn, een vlak, loodrecht, evenwijdig, een cirkel, een vierkant, een rechthoek, enzovoorts. Bovendien wil je ze soms tekenen, dus je moet leren omgaan met potlood, passer en geodriehoek. En soms kun je in plaats daarvan werken met een wiskundig tekenprogramma als GeoGebra. En dan is het weer handig om te weten hoe je de plaats van punten en figuren bepaalt. Installeer het programma op je pc of werk via www.geogebra.org.
Heb je nog nooit met GeoGebra gewerkt? Bekijk dan eerst de videoclip.
De onderstaande opgaven zijn bedoeld om overzicht over het onderwerp Figuren te krijgen. Het betreft de onderdelen 1, 2, 3, 4, 5 en 6 van dit onderwerp. Het is nuttig om er een eigen samenvatting bij te maken.
Je kunt ook deze spiekbriefjes gebruiken.
In de plaatjes hieronder en op het werkblad ontbreekt de figuur of de omschrijving.
Maak elk plaatje compleet.
evenwijdige lijnen |
loodrecht snijdende lijnen |
|
afstand van een punt tot een lijn | ||
afstand van een punt tot een gebied |
de afstand tussen twee evenwijdige lijnen |
cirkel met middelpunt `M` en straal `2` |
Neem twee punten, `A(2, 4)` en `B(6, 1)` .
Teken een cirkel met middelpunt `M` en `AB` als diameter.
Hoeveel centimeter is de straal van de cirkel?
Gebruik je passer en een liniaal om de cirkel in zes gelijke delen te verdelen.
Vul het onderstaande overzicht in: "ja" of "nee" .
naam figuur |
zijden loodrecht op elkaar? |
zijden aan elkaar gelijk? |
diagonalen loodrecht |
vierkant | |||
rechthoek | |||
ruit | |||
parallellogram | |||
trapezium | |||
vlieger |
Laat met een voorbeeld zien wat je onder kijklijnen verstaat.
Teken zelf zo'n assenstelsel en zet de volgende begrippen er op de juiste plaats bij.
oorsprong `O`
`x` -as
`y` -as
roosterlijn
roosterpunt
Bekijk het assenstelsel van
Schrijf de coördinaten van punt `A` op.
Punt `B` is geen roosterpunt. Schrijf de coördinaten van `B` op.
Teken in het assenstelsel de punten `P(2, 0)` , `Q(4, 1)` en `S(0, 4)` .
Teken rechthoek `PQRS` en schrijf de coördinaten van punt `R` op.
Bepaal de coördinaten van het snijpunt `T` van de diagonalen van rechthoek `PQRS` .