Ruimtelijke figuren > UitslagenVoorbeeld 1
Het tekenen van een uitslag van een kubus of een balk is niet moeilijk. Elk grensvlak
is immers een rechthoek of een vierkant.
Maar het tekenen van een uitslag van een prisma of piramide is lastiger. Op de foto
zie je iemand met behulp van een passer een uitslag construeren van een regelmatige
vierzijdige piramide waarvan alle ribben
`6`
cm lang zijn en waarvan het grondvlak een vierkant is. De passer is nodig om de top
van de piramide op de juiste plaats in de uitslag te krijgen. De top van de piramide
zie je vier keer in de uitslag.
Van een regelmatige piramide `A B C D . T` geldt dat `A B = 4` cm, `B C = 4` cm en `A T = B T = C T = D T = 8` cm.
Teken een uitslag van deze piramide.
Knip je uitslag uit en zet de piramide in elkaar. (Maak eventueel eerst plakrandjes!)
Meet hoe hoog `T` boven het grondvlak zit.
Het maken van de uitslag van een kegel is best lastig. Het omgekeerde, het in elkaar zetten van een kegel als je de uitslag al hebt, is niet zo moeilijk.
Teken op een stuk stevig papier een cirkel met een straal van `6` cm.
Knip een kwart punt uit deze cirkel, zoals in de figuur. Maak van beide delen een kegel. Waarin verschillen beide kegels?