Oppervlakte en omtrek > Oppervlaktematen
123456Oppervlaktematen

Voorbeeld 1

Je gebruikt als oppervlakte-eenheid meestal `1` mm2, `1` cm2, `1` dm2, `1` m2, `1` dam2, `1` hm2, of `1` km2.
Elk van deze eenheden is `100` keer zo groot als zijn voorganger: `1` km2 `= 100` hm2, `1` hm2 `= 100` dam2, enzovoorts.

Het omrekenen van de éne oppervlakte-eenheid naar de andere gaat dus in stappen van `100` :

  • `104,5` m2 `= 10.450` dm2 `= 1.045.000` cm2 `= 104.500.000` mm2

  • `104,5` m2 `= 1,045` dam2 `= 0,01045` hm2 `= 0,0001045` km2

Opgave 4

Reken om.

a

`1021` cm2 `= ...` m2

b

`5630` m2 `= ...` hm2

c

`34,1` cm2 `= ...` mm2

d

`1,2` km2 `= ...` m2

Opgave 5

Een blad papier van A4-formaat is een rechthoek van ongeveer `210` bij `297` mm.

a

Hoeveel cm2 is een blad A4?

b

Hoeveel A4tjes heb je nodig om `1` m2 volledig te bedekken als je ze in stukken mag knippen?

c

En hoeveel als je ze niet in stukken mag knippen en het `1` m2 blad precies vierkant is?

Opgave 6

Waar of niet waar? Verklaar je antwoord.

a

Een voetbalveld heeft een oppervlakte van ongeveer `6000` m2.

b

Een postzegel heeft een oppervlakte van ongeveer `0,1` dm2.

c

Het tafeltje waaraan je op school werkt heeft een oppervlakte van ongeveer `0,5` m2.

d

Nederland heeft een opperlakte van ongeveer `41.500.000` m2.

verder | terug