Bereken in de figuur de hoeken die met een vraagteken zijn aangegeven. De pijltjes geven aan dat de twee horizontale lijnen evenwijdig zijn en de rode stippen geven aan dat die twee hoeken even groot zijn.
Je ziet de lijnen `k` , `l` en `m` . De lijnen `l` en `m` zijn niet evenwijdig en snijden elkaar buiten beeld in het snijpunt `S` . Hoe groot is elk van de hoeken van `Delta ABS` ?
Teken `Delta ABC` met `/_ B = 50^@` , `/_ C = 100^@` en `AC = 4` cm.
Je wilt weten hoeveel graden de hoeken van een vijfhoek samen zijn.
Teken een vijfhoek `ABCDE` en verdeel deze vijfhoek in drie driehoeken.
Hoeveel graden zijn de hoeken van jouw vijfhoek samen?
Geldt dit voor elke vijfhoek?
Een regelmatige vijfhoek is een vijfhoek waarvan alle zijden en alle hoeken even groot zijn.
Hoe groot is elke hoek van zo'n regelmatige vijfhoek?
In de figuur is `ABDE` een parallellogram en `BCD` een driehoek. Bovendien is `BD` de deellijn van `/_EDC` , ligt `C` in het verlengde van lijnstuk `AB` en is `/_ABD = 110^@` .
Bereken `/_C` .
Van vierhoek `DEFG` is `/_ D` twee keer zo groot als `/_ E` en zijn de hoeken `E` , `F` en `G` even groot. Bereken `/_ D` .