Ruimtelijke figuren > Inhoud
12345678Inhoud

Voorbeeld 3

Een handige manier om de inhoud van een (niet al te groot) lichaam te bepalen is met behulp van een maatbeker. Je gooit er water in en daarna kijk je hoeveel de waterspiegel stijgt als je het voorwerp onderdompelt. Dat is vooral een goede manier als de afmetingen geen mooie hele getallen zijn, of de vorm ingewikkeld is.
Het voorwerp moet wel helemaal onder water zitten en er mag geen water over de rand weglopen!

Vaak moet je dan met liters (L) of milliliters (mL) werken. (Zie inhoudsmaten)

Opgave 8

Een voorwerp wordt ondergedompeld in een grote kubusvormige bak water die met zijn grondvlak op een horizontaal tafelblad staat.
Deze bak heeft ribben met een lengte van 20 cm.
Voordat het voorwerp erin wordt gelegd staat het water 10 cm boven het grondvlak van de kubus. Daarna staat het water 13 cm boven het grondvlak.

Hoeveel cm3 bedraagt de inhoud van dit voorwerp?

Opgave 9

In een maatbeker worden vaak maatstreepjes gebruikt om aan te geven hoeveel vloeistof er in zit.

Waarom zitten in een cilindervormige maatbeker de maatstreepjes op gelijke afstanden van elkaar en in een kegelvormige maatbeker niet?
Moeten bij een kegelvormige maatbeker de maatstreepjes dichter bij elkaar zitten als de opening wijder wordt of juist verder van elkaar?

verder | terug