Hoeken > Hoeken tekenen
123456Hoeken tekenen

Verwerken

Opgave 8

Teken de volgende vier hoeken: `/_ A = 65` °, `/_ B = 170` °, `/_ C = 111` ° en `/_ D = 14` °.

Opgave 9

Hier zie je een plattegrond de kamer van Marieke. Ze krijgt nieuwe vloerbedekking. Dat zijn vloertegels van 50 cm bij 50 cm. Om ze in de juiste vorm te snijden meet ze de hoeken van haar kamer die niet recht zijn.

a

Meet alle niet rechte hoeken van Marieke's kamer. Gebruik het werkblad.

b

Teken de vier vloertegels die moeten worden bijgesneden en in de niet rechte hoeken moeten komen.

Opgave 10

Van driehoek `ABC` is het begin getekend. `/_ C = 62` °.

a

Maak de driehoek af. Gebruik het werkblad.

b

Meet de grootte van `/_ A` en `/_ B` in graden nauwkeurig.

c

Hoeveel graden zijn de hoeken van de driehoek samen?

Opgave 11

Een robot beweegt op een groot vlak. Hij begint in punt `S` (het startpunt) in een bepaalde richting vooruit te rijden. Je kunt zijn bewegingsrichting veranderen met een afstandsbediening. Daarmee kun je een hoek instellen. Stel je bijvoorbeeld `10` ° in, dan draait de bewegingsrichting tegen de wijzers van de klok in met `10` °.

a

Je laat de robot eerst `5` cm vooruit bewegen, dan `4` cm onder `10` °, dan `3` cm onder `20` °, dan `2` cm onder `30` ° en tenslotte `1` cm onder `40` °. Teken de baan van de robot.

b

Je laat de robot nu rechtstreeks naar het startpunt teruglopen. Hoeveel cm en onder welke hoek moet hij lopen?

c

Je laat de robot eerst `4` cm vooruit lopen, dan `4` cm onder `10` °, dan `4` cm onder `20` °, enzovoorts. Steeds dezelfde afstand, maar een hoek die telkens `10` ° groter wordt. Komt deze robot weer in het startpunt `S` uit?

d

Wat gebeurt er als je de robot eerst `4` cm vooruit lopen, dan `5` cm onder `10` °, dan `6` cm onder `20` °, enzovoorts. Steeds wordt de afstand `1` cm groter en hoek `10` ° groter.

verder | terug