Hoeken > Totaalbeeld
123456Totaalbeeld

Testen

De volgende opgaven zijn bedoeld om na te gaan of je de onderdelen 1 tot en met 5 van het onderwerp "Hoeken" voldoende beheerst.
Opgave 6

Deze vier hoeken vind je ook op het werkblad.

a

Zet bij elke hoek of hij scherp, stomp, recht, gestrekt of overstrekt is.

b

Meet hoe groot de hoeken zijn in graden nauwkeurig.

Opgave 7

Teken de hoeken A = 32 ° , B = 161 ° , C = 199 ° .

Opgave 8

Teken op het werkblad in deze twee hoeken een deellijn en schrijf in je figuur hoe groot de beide delen van de hoek zijn.

Opgave 9

Beredeneer de grootte van A B C als A 1 = 112 ° .

Opgave 10

De hoeken A 1 en A 2 vormen samen een gestrekte hoek en A 1 is vier keer zo groot als A 2 .

Beredeneer de grootte van A 1 .

Opgave 11

Teken de volgende driehoeken.

a

K L M met L = 40 ° , K M = 4 en K L = 5 cm.

b

P Q R met P = 40 ° , Q = 60 ° en Q R = 4 cm.

Opgave 12

Bereken de exacte hoek die de wijzers van de klok met elkaar maken als het vijf voor half drie is.

verder | terug