Hier zie je de "Doornenkroon" , een mooie draaisymmetrische zeester. Ga er van uit dat hij ook echt perfect draaisymmetrisch is.
Hoeveel bedraagt de kleinste draaihoek?
Is deze zeester ook puntsymmetrisch?
Is deze zeester ook lijnsymmetrisch? Zo ja, hoeveel symmetrieassen heeft hij dan?
Hier zie je een aantal draaisymmetrische figuren.
Geef van elke figuur de kleinste draaihoek.
Welke van deze figuren zijn ook puntsymmetrisch?
Welke van deze figuren zijn ook lijnsymmetrisch? Geef in dat geval het aantal symmetrieassen.
Hier en op het werkblad zie je drie figuren die draaisymmetrisch moeten worden. Het centrum van draaiing is aangegeven met een dikke rode stip, de kleinste draaihoek staat er bij. Maak de figuren compleet.
Hier en op het werkblad zie je een assenstelsel met daarin vierhoek .
Vierhoek wordt gedraaid over ° om de oorsprong van het assenstelsel. Teken de beeldfiguur en schrijf de coördinaten van de hoekpunten daarvan op.
Vierhoek wordt gedraaid over ° om de oorsprong van het assenstelsel. Teken de beeldfiguur en schrijf de coördinaten van de hoekpunten daarvan op.
Je ziet hier een draaisymmetrische figuur.
Hoe groot zijn alle hoeken bij het draaicentrum?
Beredeneer nu de grootte van de drie hoeken van de gekleurde driehoekjes.
Welke coördinaten heeft het beeldpunt van een willekeurig punt bij draaiing:
om het punt over °;
het punt over °;