Formules voor omtrek en oppervlakte > Oppervlakte van driehoeken
1234567Oppervlakte van driehoeken

Verkennen

Opgave V1

Je ziet hier twee driehoeken op een cm-rooster. Beide driehoeken zijn omgeven door eenzelfde rechthoek.

a

Hoeveel cm2 is de oppervlakte van driehoek I?

b

Hoeveel cm2 is de oppervlakte van driehoek II?

c

Waarom kun je van driehoek II gemakkelijker de oppervlakte bepalen?

Kennelijk kun je binnen een rechthoek driehoeken maken die verschillen van oppervlakte.

d

Kun je driehoeken maken die een grotere oppervlakte hebben dan de helft van de rechthoek?

e

Kun je driehoeken maken die een kleinere oppervlakte hebben dan driehoek I en waar toch geen kleinere rechthoek omheen past?

Opgave V2

Dit is een driehoek met er omheen een rechthoek waarvan de lengte samenvalt met één zijde van de driehoek.

a

Teken zelf zo'n figuur en laat door de figuur te verdelen zien dat de oppervlakte van deze driehoek altijd de helft van die van de rechthoek is.

b

Welke formule voor de oppervlakte A van deze driehoek kun je opschrijven?

c

Geldt deze formule voor elke driehoek binnen deze rechthoek als één zijde samenvalt met de lengte van de rechthoek en het derde hoekpunt op de tegenover liggende lengte zit?

verder | terug