Formules omtrek en oppervlakte > Omtrek cirkel
1234567Omtrek cirkel

Verwerken

Opgave 10

Op een spaak van een fietswiel zit een vlieg, op een andere spaak zit een mug. De vlieg zit `10` cm van de as, de mug `30`  cm. Het wiel draait precies één keer rond, zodat de vlieg en de mug allebei een cirkel draaien.

Hoeveel gehele centimeters is de cirkel van de mug groter dan die van de vlieg?

Opgave 11

In de figuur zie je een vierkant met zijden van `20` cm met halve cirkels eromheen. Bereken de omtrek van de gehele figuur in centimeters nauwkeurig.

Opgave 12

Bereken de omtrek van een cirkelsector met een straal van `20` cm en een hoek van `32^@` . Geef je antwoord in centimeters en rond af op één decimaal.

Opgave 13

De grote wijzer van een kerkklok is `1,5` m lang.

a

Bereken de lengte van de weg die de punt van de wijzer in een kwartier aflegt in meters nauwkeurig.

b

Legt de wijzerpunt in een jaar tijd ongeveer `100` km af? Licht je antwoord toe.

Opgave 14

Je ziet een blik sardines. In het bovenaanzicht van het blik staan de afmetingen. De afgeronde hoeken zijn kwartcirkels. De lijnstukken zijn evenwijdig of loodrecht op elkaar.

Bereken de omtrek van de bovenkant van zo'n sardineblik in centimeters nauwkeurig.

Opgave 15

Jan fietst elke dag `4,2` km van huis naar school. Stel je voor dat bij elke omwenteling van zijn trappers ook zijn wiel precies één keer ronddraait. De diameter van zijn fietswiel is `71`  cm.

Hoe vaak gaan zijn trappers dan rond op weg van huis naar school? Rond af op gehele omwentelingen.

Opgave 16

Dit is het bovenaanzicht van zeven gelijke tafeltennisballetjes die precies binnen een grote cirkelvormige doos passen. Elk balletje heeft een omtrek van `125,7` mm.

Hoe groot is de omtrek van het bovenaanzicht van de doos afgerond op gehele millimeters?

verder | terug