Formules voor omtrek en oppervlakte > Eenheden
1234567Eenheden

Antwoorden van de opgaven

Opgave V1
a

Eerst alles omrekenen naar dm.
Het water staat 0,42 dm hoog op elke 100 dm2, dus er ligt 42 dm3 water op elke m2. Dat is 42 L/m2.

b

Per uur is er gemiddeld 14 L/m2 bijgekomen. De oppervlakte van een doorsnede van deze regenbak is π 0,4 2 0,503 m2. Per uur is er dus ongeveer 14 0,503 7 liter water bijgekomen.

Opgave V2

Op het moment dat Bolt finisht heeft Griffith 9 , 58 10 , 49 100 91 , 325 m afgelegd. Bolt ligt dus ongeveer 8,7 m voor.

Opgave 1
a

Dat zou 1 megagram dus 1 miljoen gram oftewel 1000 kg moeten zijn.

b

1 miljard mg.

c

1 megaton is 1 miljoen ton, dus 1 miljard kg.

d

1000 g.

Opgave 2
a

0,998 g.

b

1,011 g.

Opgave 3

Dat is 3,1 miljoenste mm, dus 0,0000031 mm.

Opgave 4
a

1 dL = 100 cm3

b

100 g.

c

1 m3 = 1000 dm3 = 1000 L.

d

1 ha = 100 are = 100 dam2 = 10.000 m2.

e

1 µm2 = 0,000001 mm2.

f

1 pF = 1 / 1000 nF = 1 / 1000000 µF = 1 / 1000000000 mF. Dus 1 miljardste µF.
In de wetenschappelijke notatie: 1 pF = 1 10 -3 nF = 1 10 -6 µF = 1 10 -9 mF.

Opgave 5
a

0,013 m3 = 13 L

b

12 nm = 0,0000012 cm (of 1,2 10 -6 cm)

c

3,15 ha = 31500 m2

d

0,31 hL = 31000 cm3

e

125 mL = 0,000125 m3 (of 1,25 10 -5 m3)

f

0,95 Tb = 950000 Mb (of 9,5 10 5 Mb)

Opgave 6

Doen, geef elkaar opgaven op.

Opgave 7
a

1 Ms = 1.000.000 s = 16666 min en 40 s = 277 uur, 46 min en 40 s = 11 dagen, 13 uur, 46 min en 40 s.

b

24 60 60 1000 = 86.400.000 ms.

Opgave 8
a

2000 uur = 83 dagen en 8 uur.

b

56000000 / 40000 = 1400 uur. En dat is 58 dagen en 8 uur.

Opgave 9
a

Ongeveer 1234,8 km/uur.

b

300.000 3600 = 1.080.000.000 km/uur (of 1,08 10 9 km/uur).
300.000 1000 = 300.000.000 m/s (of 3 10 8 m/s).

Opgave 10
a

Ook 0,998 g/cm3.

b

998 kg.

c

0,4 mL = 0,0004 L = 0,0004 dm3. Dus de ring weegt 19,2 0,0004 = 0,00768 kg en dat is ongeveer 7,7 gram.

Opgave 11
a

0,05 L.

b

250 cc.

c

2000 cc.

Opgave 12
a

Ongeveer 1 g.

b

400 0,012 = 4,8 m3. En dat is 4800 liter.

c

4800 / 400 = 12 kg.

Opgave 13
a

Omdat 1 ton = 1000 kg = 1.000.000 g.

b

589 × 234 × 239 = 32.940.414 cm3 en dat is ongeveer 32,9 m3.

c

24 2,26 = 21,74 ton.

Opgave 14
a

1200000 / 8 = 150000 foto’s.

b

6 dagen, 12 uur en 40 minuten.

Opgave 15
a

3,6 kg/m3 = 3,6 g/L

b

12 g/cm3 = 12 kg/L

c

120 km/h = 33 1 3 m/s

d

12 m/s = 43,2 km/h

e

270 Mbps (Megabyte per seconde) = 16,2 Gb/min (Gigabyte per minuut)

Opgave 16
a

Zijn totale tijd is 363,32 seconden en dat is ongeveer 0,101 uur. Hij schaatst 49,5 km/uur.

b

108 km/h = 30 m/s en dat houdt hij 500 / 30 16,7 s vol.

Opgave 17
a

5 5 120 7,9 = 23700 g, dus 23,7 kg.

b

5,2 5,2 120,2 5 5 120 = 250,208 cm3 chroom weegt 1800 gram. Dus de soortelijke massa van chroom is ongeveer 7,19 g/cm3.

Opgave 18
a

De oppervlakte (van het bovenvlak) van één steen is 0,045 m2. De te bestraten oppervlakte is 34 1,5 = 32,5 m2. Er zijn dus iets meer dan 722 stenen nodig, maar je neemt 10 % extra, dat is 794 stenen. Ik zou 800 stenen bestellen.

b

32,5 0,20 = 6,5 en met 15 % extra wordt dat ongeveer 7,5 kuub zand.

c

1 1,5 0,4 = 0,6 m3 water is 600 liter.

Opgave 19Brits-Amerikaanse snelheden
Brits-Amerikaanse snelheden
a

1,609344 km/uur = 0,447040 m/s.

b

1,852 km/uur = 0,514444 m/s.

c

Ongeveer 120 / 1,609344 74,6 mph.

d

90 1,609344 145 km/h. Dus dat is wel wat harder dan in Nederland is toegestaan.

Opgave 20Astronomische eenheden
Astronomische eenheden
a

1,52 AE.

b

4500 mln km.

c

Ongeveer 500 s, dus ongeveer 8 minuten en 20 seconden.

d

9,5 biljoen km (dus 9,5 10 12 km). Dat is ongeveer 63115 AE.

e

41,4 biljoen km (dus 4,14 10 13 km). Dat is ongeveer 276133 AE.

verder | terug