Breuken > Breuk naar decimaal getal
1234567Breuk naar decimaal getal

Voorbeeld 1

Je wilt `3/5` als decimaal getal (kommagetal) schrijven.

Dat kan op twee manieren:

  • `3/5 = 6/10 = 0,6` .

  • Met de rekenmachine: levert meteen `0,6` op.

Je wilt `3 4/5` als decimaal getal schrijven. `3 4/5` betekent: `3 + 4/5` .
Dat kan op twee manieren:

  • `3 4/5 = 3 + 4/5 = 3 + 8/10 = 3 + 0,8 = 3,8` .

  • Met de rekenmachine: levert meteen `3,8` op.

Opgave 4

Bekijk Voorbeeld 1.

a

Op welke twee manieren kun je een breuk als decimaal getal schrijven?

b

Laat dit zien bij de breuk `13/25` .

Opgave 5

Neem nu een breuk als `1 3/4` .

a

Welk decimaal getal hoort er bij `3/4` ?

b

Welk decimaal getal hoort er bij `1 3/4` ?

c

Op je rekenmachine kun je wellicht op meerdere manieren `1 3/4` omzetten naar een decimaal getal. Doe dit bijvoorbeeld zo: `1 + 3 // 4 = ...` Krijg je het juiste antwoord?

d

Waarom is het plus-teken nodig?

e

Heb je nog een andere manier om `1 3/4` om te zetten naar een decimaal getal?

f

Maak nu van `2 1/3125` een decimaal getal.

Opgave 6

Omgekeerd kun je elk decimaal getal gemakkelijk als breuk schrijven. Decimalen zijn immers tienden, honderdsten, duizendsten, etc.
Schrijf de volgende getallen als een zo eenvoudig mogelijke breuk:

a

`0,123`

b

`0,16`

c

`0,06`

d

`2,0014`

verder | terug