Procenten > Rekenen met verhoudingstabellenToepassen
In het winkelcentrum zijn twee supermarkten.
Bij supermarkt I koop je
`14`
appels voor
€
4,20.
Bij supermarkt II koop je
`10`
appels voor
€
2,80.
In welke supermarkt zijn de appels per stuk goedkoper?
| Supermarkt I | |||
| Prijs (in €) | `4,20` | `2,10` | `0,30` |
| Aantal appels | `14` | `7` | `1` |
| Supermarkt II | ||
| Prijs (in €) | `2,80` | `0,28` |
| Aantal appels | `10` | `1` |
Als je de twee verhoudingstabellen met elkaar vergelijkt, dan zie je dat de prijs per appel in supermarkt II lager is dan in supermarkt I.
Verhoudingen kun je vergelijken met verhoudingstabellen.
Het is dan vaak handig om
"terug te rekenen naar
`1`
"
.
Een supermarkt verkoopt wasmiddelen in grote en kleine verpakkingen.
Een grote verpakking bevat
`4,5`
kg waspoeder en kost
€
4,95.
Een kleine verpakking bevat
`2,5`
kg en kost
€
2,80.
Bereken welke verpakking het voordeligst is.
Bij de slager kost `150` gram palingworst € 1,45 en `200` gram snijworst € 1,85.
Bereken welke soort worst goedkoper is.
In klas 1A zitten `12` meisjes en `8` jongens, in klas 1B zijn er `14` meisjes van de `25` leerlingen. Sascha vindt dat in 1A naar verhouding meer meisjes zitten.
Laat met een berekening zien of ze gelijk heeft.
Een verhoudingstabel kun je ook gebruiken om de schaal van een kaart of een tekening te berekenen. De lengte van een huis is op de tekening `4` cm. De werkelijke lengte is `10` m.
Reken uit hoe lang `1` cm op de tekening in werkelijkheid is. Gebruik een verhoudingstabel.
Hoe groot is de schaal van de tekening?
In de zijgevel van het huis is een rechthoekig raam getekend.
De afmetingen op de tekening zijn:
`0,4`
cm ×
`0,7`
cm.
Bereken de werkelijke afmetingen van het raam.
De breedte van de voorgevel is op de tekening
`3,8`
cm.
De werkelijke breedte van de voorgevel blijkt
`7,60`
m te zijn.
Bereken de schaal van de tekening van de voorgevel. Is deze schaal hetzelfde als die van de zijgevel?
Het voorwerp dat in vergelijking met de werkelijkheid het grootst is getekend is op de "op de grootste schaal" getekend.
Welke van beide is op de grootste schaal getekend?
De heer Pietersen wil achter zijn huis een rechthoekig terras van tegels aanleggen. Het terras wordt `6` m lang en `3` m breed. Hij kan tegels van `50` cm × `50` cm, of van `60` cm × `40` cm kopen.
Bereken het aantal tegels van elke soort dat de heer Pietersen nodig heeft. Dit kan met verhoudingstabellen.
De prijs van één tegel van `50 xx 50` is € 3,68. De andere tegels kosten € 3,55 per stuk. Welke soort tegels is voor de heer Pietersen het voordeligst? Schrijf de berekening op.
Spiritus kan worden gebruikt voor het reinigen van gladde oppervlakken. Antivries
is een vloeistof die er voor zorgt dat het
sproeiwater van de ruitenwissers van een auto niet bevriest.
Op een fles spiritus stond dit recept voor het maken van antivries: "Voor antivries in uw auto-ruitenwisser-reservoir: gebruik
`2`
delen spiritus op
`5`
delen water".
In een receptenboek stond echter dat je
`0,6`
deciliter spiritus met water moet mengen om
`2`
deciliter antivries te krijgen.
Leg uit bij welke van deze twee recepten je naar verhouding het minste spiritus nodig hebt.
Als je `1,5` L antivries wil maken, hoeveel spiritus heb je dan nodig? Schrijf je berekening op voor elk van beide recepten.