De omtrek van de bovenste rechthoek is .
De omtrek van de onderste rechthoek is .
Je ziet hoe gelijksoortige termen worden samengenomen en ongelijksoortige niet.
De oppervlakte van de bovenste rechthoek is
.
Tel maar na dat er rechthoekjes met oppervlakte zijn.
De oppervlakte van de onderste rechthoek is
.
Tel maar na dat er rechthoekjes met oppervlakte zijn.
Bekijk in
In de figuur hiernaast ontbreken nog enkele uitdrukkingen. Hij staat ook op het werkblad.
Schrijf bij elke figuur de juiste uitdrukking.
Leg uit waarom en geen gelijksoortige termen zijn.
Hoe volgt uit de figuur dat `ab=ba` ?
Herleid:
Bekijk in