Algebra > Machten
1234567Machten

Verkennen

Opgave V1
a

Welke van de volgende antwoorden zijn correct voor `(2^50)/4 =` ?

  • `1/4*2^50`

  • `2^48`

  • `(2*2*2^48)/4`

b

Wie heeft er gelijk?
Thulan: "Een macht is een product van een aantal gelijke symbolen."
Ruben: "Een macht is een optelling van een aantal gelijke symbolen."

c

Wat gaat er fout in: `8^3*4^2 = 8*8*8*4*4 = 2^4*2^4*2^4*2^2*2^2 = 2^16` ?
Geef een verklaring voor de gemaakte fout.

d

Schrijf als een macht van `2` :

  • `4^2*8^2*16^2`

  • `4^25*8^20`

Opgave V2

Beredeneer wat meer is (dus uitschrijven, hergroeperen, vergelijken, maar niet uitrekenen):

a

`9^8` of `3^15`

b

`2^501` of `8^180`

c

`(1/2)^5` of `(1/4)^3`

d

`(text(-)2)^5` of `(text(-)2)^4`

e

`3^4` of `6^2`

verder | terug