Je doorloopt in een bepaald reuzenrad een cirkelbaan waarbij geldt `h(t) = 10 - 8 cos((pi)/4 t)` , met:
`h` de hoogte boven de begane grond in m;
`t` de tijd in seconden.
Je vertrekt op `t=0` . Hoe snel gaat de hoogteverandering op dat moment?
Hoe snel gaat de hoogteverandering als je een kwart cirkel hebt doorlopen?
Gegeven is de functie `f(x) = x + 2 sin(x)` op het domein `[0, 2pi]` .
Bereken algebraïsch de extremen van `f` .
Stel vergelijkingen op van de rechte lijnen `l` en `m` die de grafiek van `f` raken en evenwijdig zijn aan de lijn met vergelijking `y = x` .