Functies en grafieken > Transformaties
123456Transformaties

Toepassen

Opgave A1Zwavelzuur maken (2)
Zwavelzuur maken (2)

Je wilt zwavelzuur maken met verschillende concentraties en dus ook verschillende dichtheden. Je mengt `100` dm3 water met `x` dm3 zwavelzuur. De dichtheid van water is `1` kg/dm3. De dichtheid van het zwavelzuur is `1,6` kg/dm3. Noem de dichtheid van het mengsel `y` kg/dm3.

De bijbehorende massabalans is: massa mengsel = massa water + massa zwavelzuur.

Dus is: `(100 + x) y = 100*1 + x * 1,6` , ofwel `y = (100+1,6x)/(100+x)` .

a

Je kunt de formule voor de dichtheid `y` schrijven als `y = 1,6 - 60/(x+100)` .
Laat zien, dat dit klopt.

De grafiek van `y` kan onstaan door transformaties op de grafiek van `f(x) = 1/x` toe te passen.

b

Benoem die verschuivingen en vermenigvuldiging in de juiste volgorde.

De grafiek van `f(x) = 1/x` heeft een verticale asymptoot `x=0` .

b

Waarom heeft de grafiek van `y` niet zo'n verticale asymptoot?

Opgave A2Weggeslingerde kogel
Weggeslingerde kogel

Een weggeslingerde kogel beschrijft ten opzichte van een `Oxy` -assenstelsel de volgende baan: `y=text(-)0,02 (x-10 ) ^2+4` . Het moment van loslaten ligt op `y=2` . Dit is bij `x=0` .
`y` en `x` zijn beide in meter uitgedrukt.

a

Geef geschikte vensterinstellingen zodat je de volledige baan van de kogel met GeoGebra, Desmos of een grafische rekenmachine in beeld kunt krijgen.

b

Bereken hoe ver deze kogelstoter met zijn kogel komt. Geef je antwoord in centimeter nauwkeurig.

c

Na hoeveel meter is de kogel weer even hoog als op het moment van loslaten?

verder | terug