`h = \ ^(0,886)log(p/1013)`
`h = \ ^(0,886)log(p/1013) = (log(p/1013))/(log(0,886)) = (log(p) - log(1013))/(log(0,886))`
.
En dit geeft
`h ~~ text(-)19,0 log(p) + 57,2`
.
Vul beide sets meetgegevens in de formule in en bereken `a` en `b` .
Uit
`p = 1013*0,886^h`
volgt
`h = \ ^(0,886)log(p/1013)`
.
Dat geeft
`h = (log(p/1013))/(log(0,886)) = (log(p) - log(1013))/(log(0,886))`
en
`h ~~ text(-)19,0 log(p) + 57,2`
.
`h ~~ text(-)19,0 log(800) + 57,2 ~~ 2,04` km.
Op `h=0` geldt in de figuur `p~~1013` hPa. En dat klopt met de formule.
`1` km `~~ 100000/(30,48) ~~ 3280,8` ft.
De formule wordt dan
`h ~~ 3280,8*(text(-)19,0 log(p) + 57,2) ~~ text(-)62413 log(p) + 187590`
.
(Hierbij is met alle decimalen van de verschillende getallen doorgerekend. Gebruik
je minder decimalen, dan krijg je afrondingsfouten.)
Op
`h=0`
geldt
`p=1013`
hPa geeft:
`a log(1013) + b = 0`
.
Op
`h=0,5`
geldt
`p=953,5`
hPa geeft:
`a log(953,5) + b = 0,5`
.
Dit betekent: `a log(953,5) - a log(1013) = 0,5` en dus `text(-)0,0262a ~~ 0,5` en `a ~~ text(-)19,0` .
Dus is `text(-)19,0*log(1013) + b = 0` , zodat `b ~~ 57,2` .
Hier wordt het logaritmische model: `p ~~ text(-)19,0 log(p) + 57,2` .
In het voorbeeld zie je een uitwerking staan. Vergelijk die met jouw uitwerking. Zorg dat je elke stap begrijpt.
`y ~~ 10,0 log(100) + 1,1 ~~ 21` DIN.
`31 ~~ 10,0 log(x) + 1,1` geeft `log(x) ~~ 2,99` , dus `x ~~ 10^(2,99) ~~ 977` ASA.
`y = 10,0 log(x) + 1,1`
geeft
`log(x) = (y - 1,1)/(10,0) = 0,1y - 0,11`
.
Hieruit volgt
`x = 10^(0,1y - 0,11) = 10^(0,1y) * 10^(text(-)0,11) ~~ 0,78*1,26^y`
.
`y = 24` geeft `x ~~ 0,78*1,26^24 ~~ 201` ASA.
De aarde heeft een omlooptijd van `1` jaar en hoort dus bij het punt met `log(T) = log(1) = 0` . Voor dat punt geldt `log(R) = 0` en dus `R = 1` AE. En dus moet `1` AE wel de straal van de baan van de aarde zijn.
`R = 0,39` geeft `log(R) ~~ text(-)0,4089 = 1,5*log(T)` , zodat `log(T) ~~ text(-)0,2726` en `T ~~ 0,53` jaar.
`log(T) = 1,5*log(R)`
geeft
`log(T) = log(R^(1,5))`
, zodat
`T = R^(1,5)`
.
Met deze formule is voor Mercurius
`T ~~ 0,39^(1,5) ~~ 0,53`
jaar.
De formule heeft de vorm `log(N) = at + b` .
Beide punten invullen geeft `2,1 = b` en `2,3 = 5a + b` en dus `b=2,1` en `a = 0,04` .
De formule wordt: `log(N) = 0,04t + 2,1` .
`t = 15`
geeft
`log(N) = 0,04*15 + 2,1 = 2,7`
, zodat
`N = 10^(2,7) ~~ 501`
.
Er zijn dan in 2025 ongeveer
`505text(.)000`
inwoners.
`log(N) = 0,04t + 2,1`
geeft
`N = 10^(0,04t + 2,1) = (10^(0,04))^t * 10^(2,1)`
, zodat
`N ~~ 126 * 1,096^t`
.
Met deze formule is 2025
`N ~~ 126 * 1,096^15 ~~ 501`
en zijn er dus ongeveer
`505text(.)000`
inwoners.
Bij `log(t)=2` hoort `H=20` , dus `20 = a * 2 + b` .
Bij `log(t)=12` hoort `H=200` , dus `200 = a * 12 + b` .
Dit geeft: `180 = 10 a` en dus `a = 18` .
En dan is `b = 20 - 18*2 ~~ text(-)16` .
Dus `H(t) = 18 log(t) - 16` .
De formule heeft de vorm `log(y) = a*log(x) + b` .
Bij `log(x)=0` hoort `log(y)=1,3` , dus `1,3 = a * 0 + b` en `b=1,3` .
Bij `log(x)=1` hoort `log(y)=3,8` , dus `3,8 = a *1 + b` .
Dit geeft: `a = 2,5` .
Dus `log(y) = 2,5 log(x) + 1,3` .
`log(y) = 2,5 log(12) + 1,3 ~~ 5,40` , dus `y ~~ 9953` .
`log(y) = 2,5 log(x) + 1,3` , dus `y = 10^(2,5 log(x) + 1,3) = (10^(log(x)))^(2,5) * 10^(1,3) ~~ 20 * x^(2,5)` .
Je vindt dus `f(x) ~~ 20*x^(2,5)` .
En `f(12) ~~ 9952` (als je met de onafgeronde waarde doorrekent).
Als `h=1` , is `log(h) = 0` en `w=2` , dus `2 = a*0 + b` , zodat `b=2` .
Als `h=100` , is `log(h) = 2` en `w=8` , dus `8 = a*2 + b` , zodat `a = 3` .
`w = 3 log(500) + 2 ~~ 10,1` m/s.
`w = 3 log(h) + 2` geeft `log(h) = 1/3 w - 2/3` en `h = 10^(1/3 w - 2/3) = (10^(1/3))^w * 10^(text(-) 2/3) ~~ 0,215*2,15^w` .
Zie figuur, maak eerst een tabel van `log(H)` en `log(G)` (bijvoorbeeld in twee decimalen nauwkeurig).
De formule heeft de vorm `log(H) = a log(G) + b` .
Gebruik twee punten uit de tabel bij je grafiek, bijvoorbeeld `(2,62; 2,70)` en `(2,70; 2,75)` .
Hiermee vind je
`2,70 = 2,62 a + b`
en
`2,75 = 2,70 a + b`
en dus
`a = 0,625`
en
`b = 1,0625`
.
In twee decimalen nauwkeurig:
`log(H) ~~ 0,63 log(G) + 1,06`
.
`log(H) ~~ 0,63 log(G) + 1,06` geeft `H ~~ 10^(0,63 log(G) + 1,06) = G^(0,63)*10^(1,06) ~~ 11,5*G^(0,63)` .
Maak een tabel van `H = 11,5*G^(0,63)` voor de waarden van `G` in de gegeven tabel en ga na dat uitkomsten ongeveer overeen komen. Het tussentijds afronden zorgt voor verschillen.
`G` | 430 | 450 | 490 | 500 | 420 |
`H` | 525 | 540 | 570 | 577 | 517 |
De formule krijgt de vorm
`log(C) = a*t + b`
.
De grafiek gaat door
`(0; 1,6)`
en
`(6, 1)`
.
Dit geeft na invullen
`1,6 = b`
en
`1 = a*6 + b`
en dus
`b=1,6`
en
`a = text(-)0,1`
.
De formule wordt
`log(C) = text(-)0,1t + 1,6`
.
`log(C) = text(-)0,1*10 + 1,6 = 0,6` , dus `C = 10^(0,6) ~~ 4,0` mg/L.
`log(C) = text(-)0,1t + 1,6` geeft `C = 10^(text(-)0,1t + 1,6) ~~ 40*0,794^t` .
`L=75`
geeft
`log(N)=5,1`
en vervolgens
`N=125893`
.
`L=70`
geeft
`log(N)=5,43...`
en vervolgens
`N=271227`
.
`271227`
.
Dat is ruim
`2`
maal zo veel als
`125893`
.
`N=500.000` geeft `202 -4/3Lā113,98` en daaruit volgt `Lā66` .
`L=69`
`20 *log(N)=248 -2 L` geeft `log(N)=12,4 -0,1 L` en dus `N=10^ (12,4 -0,1 L) =10^12,4*10^ (-0,1 L) ā 2,512 +10^12*0,794^L` .
`H = 5,5 log(t) - 15,5`
`H(1000) = 1`
`log(H) = 5,5 log(t) - 15,5`
`H(1000) = 0`