Lineaire verbanden > Lineaire functies
12345Lineaire functies

Voorbeeld 2

Gegeven is het lineaire verband met de formule `y=0,5 x+4` .

Waarom is `y` niet recht evenredig met `x` ?

Welke waarde van `x` hoort bij `y = 100` . Laat je berekening zien.

> antwoord

`y` is niet recht evenredig met `x` omdat de grafiek bij dit lineaire verband niet door `O(0, 0)` gaat. Er is namelijk sprake van een vast bedrag dat niet verandert als `x` toeneemt. Daarom wordt de waarde van `y` niet twee keer zo groot als de waarde van `x` twee keer zo groot wordt.

`y = 100` betekent `0,5x + 4 = 100` en dus `0,5x = 96` zodat `x = 96/(0,5) = 192` .

Je gebruikt voor het oplossen van zo'n vergelijking de balansmethode.

Opgave 7

Bekijk Voorbeeld 2.

a

Laat met een getallenvoorbeeld zien, dat de `y` -waarde niet twee keer zo groot wordt als de waarde voor `x` twee keer zo groot wordt.

b

In het voorbeeld wordt een vergelijking opgelost met de balansmethode. Laat zien hoe dat gaat.

Opgave 8

Gegeven zijn de formules `h_1 (t) = 60 - 1,5*t` en `h_2 (t) = 3*t` .

a

Waarom kun je de grafieken van beide formules in één assenstelsel tekenen? Doe dit.

b

Welke van beide formules beschrijft een recht evenredig verband?

c

Je ziet aan de grafieken dat er een snijpunt is. Welke vergelijking hoort daar bij? Laat zien hoe je deze vergelijking oplost en het snijpunt berekent.

verder | terug